Laatste Nieuws

Omgangs- en gedragsregels

Samen met alle, leden, coaches, begeleiders, trainers, scheidsrechters, vrijwilligers én ouders streeft UFC Groningen naar een veilig sportklimaat. Is dat lastig? Helemaal niet!

Omgangsregels

Omgangsregels kunnen worden gezien als algemene uitgangspunten voor gedrag tussen leden, vrijwilligers en begeleiders van de club. Het gaat dan over hele vanzelfsprekende zaken. UFC Groningen wil de navolgende omgangsregels voor leden en vrijwilligers/begeleiders hanteren en uitdragen om overschrijding van grenzen te voorkomen:

  • Ik accepteer en respecteer de ander zoals hij is en discrimineer niet. Iedereen telt mee binnen de sportvereniging.
  • Ik houd rekening met de grenzen die de ander aangeeft.
  • Ik val de ander niet onnodig lastig.
  • Ik berokken de ander geen (althans: niet opzettelijk) schade.
  • Ik maak op geen enkele wijze misbruik van mijn machtspositie.
  • Ik scheld niet en maak geen gemene grappen of opmerkingen over anderen.
  • Ik negeer de ander niet.
  • Ik doe niet mee aan pesten, uitlachen of roddelen.
  • Ik vecht niet, ik gebruik geen geweld, ik bedreig de ander niet, ik neem geen wapens mee.
  • Ik kom niet ongewenst te dichtbij en raak de ander niet tegen zijn of haar wil aan.
  • Ik geef de ander geen ongewenste seksueel getinte aandacht.
  • Ik stel geen ongepaste vragen en maak geen ongewenste opmerkingen over iemands persoonlijk leven of uiterlijk.
  • Als iemand mij hindert of lastig valt dan vraag ik hem/haar hiermee te stoppen. Als dat niet helpt, vraag ik een ander om hulp.
  • Ik help anderen om zich ook aan deze afspraken te houden en spreek degene die zich daar niet aan houdt erop aan en meldt dit zo nodig bij het Bestuur

Gedragsregels begeleiders in de sport

In de sport is de relatie tussen de trainer en de sporter erg belangrijk. De gedragsregels zijn gericht op trainers/coaches/begeleiders/kaderleden (verder in de tekst begeleider genoemd). De gedragsregels geven aan waar de grenzen liggen in het contact tussen begeleider en sporters. De gedragsregels vormen – aangevuld met de omgangsregels – een richtlijn voor de omgang tussen sporters en begeleiders. Deze gedragsregels zijn de gedragsregels zoals die door NeFUB en NOC*NSF worden gehanteerd:

  1. De begeleider zorgt voor een omgeving en een sfeer waarbinnen de sporter zich veilig kan voelen.
  2. De begeleider onthoudt zich er van de sporter te bejegenen op een wijze die de sporter in zijn waardigheid aantast, én verder in het privéleven van de sporter door te dringen dan nodig is in het kader van de sportbeoefening.
  3. De begeleider onthoudt zich van elke vorm van (machts)misbruik of seksuele intimidatie tegenover de sporter.
  4. Seksuele handelingen en seksuele relaties tussen de begeleider en de jeugdige sporter tot zestien jaar zijn onder geen beding geoorloofd en worden beschouwd als seksueel misbruik.
  5. De begeleider mag de sporter niet op een zodanige wijze aanraken dat de sporter en/of begeleider deze aanraking naar redelijke verwachting als seksueel of erotisch van aard zal ervaren, zoals doorgaans het geval zal zijn bij het doelbewust (doen) aanraken van geslachtsdelen, billen en borsten.
  6. De begeleider onthoudt zich van (verbale) seksueel getinte intimiteiten via welk communicatiemiddel dan ook.
  7. De begeleider zal tijdens training(sstages), wedstrijden en reizen gereserveerd en met respect omgaan met de sporter en met de ruimte waarin de sporter zich bevindt, zoals de kleedkamer.
  8. De begeleider heeft de plicht – voor zover in zijn vermogen ligt – de sporter te beschermen tegen schade en (machts)misbruik als gevolg van seksuele intimidatie. Daar waar bekend of geregeld is wie de belangen van de (jeugdige) sporter behartigt, is de begeleider verplicht met deze personen of instanties samen te werken, opdat zij hun werk goed kunnen uitoefenen.
  9. De begeleider zal de sporter geen (im)materiële vergoedingen geven met de kennelijke bedoeling tegenprestaties te vragen. Ook de begeleider aanvaardt geen financiële beloning of geschenken van de sporter die in onevenredige verhouding tot de gebruikelijke dan wel afgesproken honorering staan.
  10. De begeleider zal er actief op toezien dat deze regels worden nageleefd door iedereen die bij de sporter is betrokken. Indien de begeleider gedrag signaleert dat niet in overeenstemming is met deze gedragsregels zal hij de daartoe noodzakelijke actie(s) ondernemen.
  11. In die gevallen waarin de gedragsregels niet (direct) voorzien, ligt het binnen de verantwoordelijkheid van de begeleider in de geest hiervan te handelen.